Het wonder van de Czaar Peterstraat

Gelezen in Het Parool van 6 juni 2008:

Bijna onopgemerkt gebleven, dat artikel van de stadswachten Lodewijk Brunt en Kees Tamboer over de Czaar Peterstraat in Amsterdam-Oost. Maar ineens valt m’n oog erop. Ik lees: "Een Turkse pizzeria naast een boekbinderijtje, aan de oude kant, café Romario’s naast fietsenmaker Siebe Kunst, een croissanterie naast het informatiecentrum Petersburg. Aan de overkant, op de hoek van de Eerste Leeghwaterstraat, zijn drie oude huizen liefdevol in stand gehouden. Daar zit nog steeds de oude messenslijperij van Wil Werkhoven, tegenwoordig gedreven door Arif Gargin uit Turkije, naast een atelier waar strijkinstrumenten worden gerepareerd, verhuurd en verkocht. Tussen de Eerste en de Tweede Leeghwaterstraat mengt oud en nieuw zich pas goed. Een tuinontwerpwinkel naast een exotische buurtsuper, de massagewinkel Doctorfeelgood naast een kledingreparatie/strijkservice. Coffeeshop Nogal Wiedes zit tegenover Thailicious Take Away. Een eindje verderop zit, in de nieuwbouw, een kantoortje in het wit: bureaus, computers, stoelen, zelfs de bloemen. Blanco is de naam: Identity, Campaign, Design, Multimedia. Als de jongens en meisjes van Blanco naar buiten kijken, zien ze de kapper van Haaremajes aan het werk."

Ademloos, alsof ik in ‘The Death and Life of Great American Cities’ van Jane Jacobs zit te lezen, ga ik door. "De Czaar Peterstraat heeft altijd een slechte naam gehad. Al voordat er een paal de grond in ging, ruziede de gemeenteraad van Amsterdam over de opzet. De naargeestige buurt werd eind negentiende eeuw tegen het spoor aangebouwd – voor de arbeiders in de haven, op het rangeerterrein en bij Werkspoor. Lange, smalle, rechte straten, er kon geen milimeter af voor een plantsoentje of een pleintje. Later, toen de Oostelijke Eilanden werden kaalgeslagen, werd de Czaar Peterstraat het toevluchtsoord voor dealers, daklozen, scharrelaars en heroïnehoertjes." En dan nu, ineens: ""Oude en nieuwe creatieve stedelingen samen in een smeltkroes. Zo loopt een opgegeven achterbuurt ineens voorop." En ook: "Ella Vogelaar moet eens in de Czaar Peterstraat winkelen." Samen met de erfgenamen van het gedachtegoed van Jane Jacobs als gids, zou ik zeggen. Iemand als Gert-Jan Hospers van de TU Twente. Of Brunt en Tamboer natuurlijk zelf. Om het wonder te verklaren. Hoe zei Abram de Swaan dat ook al weer? "Blijven kijken."


Posted

in

by

Comments

Geef een reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *